weebly reliable statistics
Mohamed El Hassnaoui - Moordzaken
Mohamed El Hassnaoui

Uit Moordzaken

Ga naar: navigatie, zoeken
MohamedElHassnaoui.jpg
 
Mohamed El Hassnaoui
Leeftijd 53 jaar
Datum 25 mei 2009
Moordplaats Rotterdam
Moordwijze Schietwapen
Status Opgelost
Misdrijf Doodslag
Straf Geen; Noodweer
ECLI ECLI:NL:RBROT:2010:BM2136

In de vroege ochtend van zondag 24 mei, rond 01.00 uur, wordt bij een schietpartij in een café de 53-jarige Mohamed El Hassnaoui dodelijk getroffen. De schietpartij vindt plaats in het op dat moment druk bezochte café Noordplein aan het gelijknamige plein in de Rotterdamse volkswijk Het Oude Noorden. Naast het dodelijke slachtoffer raken nog twee mannen ernstig gewond. Als het schieten begint zijn er ruim twintig bezoekers in het café. De meesten van hen zijn in blinde paniek het café uitgevlucht.


Verdachten

De vermoedelijke schutter wordt zo'n drie kwartier later aangehouden als hij zich met een schotwond in zijn linkerhand meldt bij het Vlietlandziekenhuis in Schiedam.


Uitspraak

Rechtbank Rotterdam, 23 april 2010

Beoordeeld moet worden, of het schieten door verdachte geboden was door de noodzakelijke verdediging van zijn lijf tegen een ogenblikkelijke, wederrechtelijke aanranding. Verdachte heeft pas in een laat stadium van het onderzoek een verklaring afgelegd welke ten grondslag ligt aan zijn beroep op noodweer. Dat vormt echter geen reden reeds daarom dit beroep te verwerpen, omdat de verklaring van de verdachte op een groot aantal punten overeenkomt met hetgeen overigens uit het dossier blijkt. Immers, de meeste aanwezigen hebben verklaard dat de verdachte eerst even aan de bar heeft gezeten, dat hij en Mohamed El Hassnaoui onenigheid kregen in de keuken, dat zij vechtend de keuken uitkwamen waarbij Mohamed de verdachte tegen de bar en de muur gooide en met zijn vuisten sloeg, dat de vechtpartij zich gaandeweg verplaatste naar achterin het café en dat er anderen bijkwamen. In de verklaringen wordt gezegd dat de verdachte “flink werd aangepakt”, dat er op zeker moment drie of vier mensen op de verdachte lagen en dat Mohamed was “doorgedraaid”, dat die jongen geen partij was voor Mohamed en dat een ander mogelijk bewusteloos was geweest door de klappen. Op basis hiervan moet vastgesteld worden dat sprake was van een ogenblikkelijke en wederrechtelijke aanranding van het lijf van de verdachte. Nu de verdachte geen reële mogelijkheid had om het café te verlaten, gezien ook het aantal aanwezige personen waarvan een belangrijk deel zich tegen hem keerde en de nauwe doorgang vanuit de achterzijde van het café langs de bar naar buiten, was verdediging hiertegen toegestaan.


Het voorgaande brengt mee dat het beroep op noodweer zal worden gehonoreerd en dat de verdachte van alle rechtsvervolging zal worden ontslagen.